laatste wijziging: 13-12-2018

Ransijn deel 6 Feyerabend

Wetenschapsfilosofie, deel 6: Paul Feyerabend I. Tegen de methode

Civis Mundi Digitaal #73  door Piet Ransijn

Feyerabend meent dat de nadruk op standaardmethoden de vrijheid en creativiteit remt. Hij pleit voor scheiding van wetenschap en staat, een vrije wetenschap in een vrije samenleving, waar niet de overheid en de wetenschap het leven en denken van de burgers bepalen, maar vrije burgers hun eigen kennistradities kiezen.

Volgens Feyerabend (1924-1994)een collega van Popper, was de wetenschap bij uitstek een bevrijdende, vooruitstrevende maatschappelijke kracht. Maar als de wetenschap andere vormen van kennis en cultuur gaar domineren en elimineren, gaat zij over in het tegendeel en gaat zij steeds meer lijken op het gezaghebbende ene ware geloof van weleer. Deze dominantie komt niet overeen met het eerdere pluriforme, anarchistische karakter van de wetenschap, waar zij haar dynamiek aan dankt. De visie van Feyerabend sluit aan bij die van Popper, maar bestrijdt deze ook, op een andere manier dan Kuhn. Volgens Feyerabend “begon Popper vaak zijn college met te zeggen dat er geen wetenschappelijke methode is. En dan begon hij de methode van ‘conjectures and refutations’, uiteen te zetten,” als de methode (Against Method, p x).

Feyerabend noemde zijn wetenschapsvisie anarchistisch. Dat gold niet voor zijn politieke visie, die veeleer radicaal liberaal lijkt. Anarchistisch betekent dat er geen centraal (staats)gezag is, geen wetgevende macht, die regels stelt. Zo zijn er volgens Feyerabend  geen vaste regels bij wetenschapsbeoefening, geen centraal gezag en geen duidelijke demarcatiecriteria tussen wetenschap en andere kennis, zoals mythen. ‘Anything goes’, is zijn motto, ‘alles kan’. Hij bedoelt daarmee ‘Don’t restrict you imagination,’ volgens zijn postuum verschenen werk The Tyranny of Science (p. 130).

Hij bedoelt niet dat wetenschappelijke methoden naar believen gemanipuleerd kunnen worden, zoals bijvoorbeeld in de farmaceutische industrie gebeurd. Dus niet voor eigen gewin maar ten dienste van de wetenschap. “Ik laat zien dat de ervaring, bewijsvoering en toepassing van methodische regels en maatstaven de zaak is van concreet wetenschappelijk onderzoek niet van [wetenschaps]filosofische dromen.” En zeker niet van ‘business principes’ met geld als maatstaf, zie deel 6.(Erkenntnis für Freie Menschen, hfst 6 ‘Anything goes’, p 97).

In zijn geruchtmakende hoofdwerk Against Method (1976) laat hij zien dat algemeen geaccepteerde grote voorbeelden zoals Galileo en Copernicus zich niet hielden aan gangbare regels en tegen geaccepteerde theorieën ingingen. Wetenschappelijke doorbraken vonden vaak plaats als onderzoekers zich niet hielden aan algemeen aanvaarde methoden en theorieën en hun eigen inventiviteit en creatieve inzichten volgden, zoals ook Einstein en de grondleggers van de kwantumfysica. Standaardmethoden kunnen wetenschappelijke vooruitgang beperken.

Volgens Kuhn is wetenschap echter meestal niet anarchistisch. De fase van de normale wetenschap van Kuhn heeft geen anarchistische kenmerken, alleen de revolutionaire fase. De anarchistische kenmerken van Feyerabend zien we vooral in de revolutionaire fase. Feyerabend acht deze fase meer productief en vooruitstrevend. Vandaar zijn voorkeur voor vrije wetenschap en een anarchistische wetenschapsfilosofie. Anarchistische kenmerken lijken ook meer te gelden voor baanbrekende originele wetenschappers.

Motieven van Feyerabend

De visie van Feyerabend dienen wij te zien in de context van de anti-autoritaire culturele omwentelingen in de jaren ‘60 en ‘70 en het besef dat we leven in een multiculturele wereld. Dit klinkt door in zijn voorwoord van de Chinese editie:

“Mijn hoofdmotief om dit boek te schrijven was humanitair, niet intellectueel. Ik wilde mensen ondersteunen, geen kennis bevorderen. Mensen op de hele wereld hebben manieren ontwikkeld om in een deels gevaarlijke omgeving te overleven. De verhalen die zij vertelden… verrijkten hen en gaven zin aan hun leven. De ‘vooruitgang van kennis en beschaving’, zoals het proces van doordrukken van de westerse levenswijzen en waarden wordt genoemd, bedreigt nu deze prachtige producten van menselijk vernuft en compassie zonder blik in hun richting. “Vooruitgang van kennis” betekent vaak het doden van de ziel. Tegenwoordig komen oude tradities weer tot leven… Er zijn veel wetenschappers, medici, antropologen en ecologen die hun procedures aanpassen aan de mensen die zij geacht worden te adviseren. Ik ben niet tegen wetenschap die zo begrepen wordt. Een dergelijke wetenschap is een van de mooiste uitvindingen van de menselijke geest. Maar ik ben tegen ideologieën die de naam van de wetenschap gebruiken voor culturele moord” (p xxii).

In deel 5 gaat Feyerabend verder in op hoe hij tot deze visie is gekomen. In zijn bijdrage tot de bundel van Lakatos en Musgrave, Criticism and the Growth of Knowledge schrijft hij dat wetenschap dient bij te dragen tot meer geluk en menselijke ontwikkeling (p 210) en evenals bij Max Weber een hoger doel dient dan de rationalisering van ons leven.

Als wetenschap niet dient tot menselijke ontplooiing, maar in handen valt van multinationals, kan zij gebruikt worden om geld en macht te vergroten en mensen tot slaven maken, iets wat Feyerabend beslist niet wilde, zie deel 7, Erkenntnis für Freie Menschen (p 234).

De wetenschap dient niet ons leven en samenleven te bepalen en te domineren, maar bij te dragen tot ons geluk en tot volledige menselijke ontplooiing. Wat dat betreft komt Feyerabend in de buurt van oosterse visies, waarbij kennis dient voor geestelijke bevrijding en verlichting, zij het met andere methoden, waar hij de ruimte voor geeft (zie deel 10).

Feyerabend benadrukt evenals zijn vriend en collega Lakatos het belang van pluralisme van theorieën en methoden. Niet-wetenschappelijke kennisgebieden kunnen verrijkend zijn. Wetenschappers dienen ook onderlegd te zijn in filosofie. De overgang en scheidslijn van wetenschap, filosofische en esoterische kennis is door de eeuwen heen een open verbinding gebleken, die in onze tijd onder druk staat door de hegemonie van de westerse wetenschap. Lezingen uit 1993 zijn postuum gepubliceerd met de uitdagende titel The Tyranny of Science (2011).

Kennis en wetenschapstradities van andere culturen en andere geneeswijzen worden vaak zonder gedegen onderzoek afgewezen als onwetenschappelijk. De moderne wetenschap neigt soms naar een bijna absolute en dogmatische waarheidspretentie. Ook bemoeit zij zich direct of indirect ingrijpend met alle levensgebieden, te vergelijken met de kerk in vroeger tijden. Deskundigen hebben het voor het zeggen. Niet-wetenschappelijke visies worden vaak niet serieus genomen, terwijl het discutabel is of wetenschap betere oplossingen voor levensproblemen heeft dan andere kennis of het boerenverstand. Hoe vaak geven medici geen prognoses, die op geen stukken na uitkomen?

In zijn laatste brief schrijft Feyerabend dat de term relativisme zijn positie te zeer vastlegt. Over zijn pluriforme benadering karakteriseert hij aldus: “Er zijn vele manieren en we gebruiken ze de hele tijd, hoewel we vaak menen dat ze deel uitmaken van een stabiel kader dat alles omvat. Is er een naam voor een houding of visie als deze? Ja, als namen belangrijk zijn kan ik er een geven – mysticisme – hoewel het een mysticisme is dat gebruik maakt van voorbeelden, argumenten, strak beredeneerde passages van teksten, wetenschappelijke experimenten en theorieën om meer bewust te worden” (Against Method, 1993, p xvi).

Hij heeft later ook een voorkeur voor de term dadaïsme – een vrijzinnige kunststroming – in plaats van anarchisme, dat vaak met gewelddadige politieke strijd wordt geassocieerd. Hij ziet geen heil in welke ideologie dan ook en zeker niet in geweld en onderdrukking op welke wijze dan ook. Ook niet in de hegemonie van de wetenschap ten opzichte van andere visies. “Wetenschap moet beschermd worden tegen ideologieën en de samenleving moet beschermd worden tegen de wetenschap… en onderworpen worden aan [democratische] publieke controle en gescheiden worden van de staat, zoals religie van de staat wordt gescheiden en wetenschap dient te worden onderricht als één van de vele visies en niet als de ene weg naar de waarheid en de werkelijkheid” (Against Method, Voorwoord 1988, p xviii).

In deel 7 komen we terug op de visie van Feyerabend wat betreft de maatschappelijke positie van de wetenschap, die nog steeds actueel is.