laatste wijziging: 15-05-2023

3 Het logische beeld van de feiten is de gedachte.

3 Het logische beeld van de feiten is de gedachte.



3.2 In de zin kan de gedachte zo uitgedrukt zijn, dat de voorwerpen van de gedachte corresponderen met elementen van het zin-teken.

3.3 Alleen de zin heeft betekenis; slechts in de samenhang van de zin heeft een naam beduiding.





3.4 De zin bepaalt een plaats in de logische ruimte.

3.5 Het gebruikte, gedachte, zin-teken is de gedachte.