2020
2020
2019
2021
01 01
/// Heidegger
– 1927 – Zijn en tijd
000 Z&T Schema
001 Zijn en tijd “100”
002 Zijn en tijd “Atlas”
009 Z&T Inhoudsopgave
019 Z&T Inleiding de zin van het zijn
020 Z&T H-1 de zijnsvraag
035 Z&T H-2 Methode en opzet
065 Z&T Afdeling 1 analyse er-zijn
066 Z&T A-1 H-1 Analyse erzijn
080 Z&T A-1 H-2 In-de-wereld-zijn
092 Z&T A-1 H-3 Wereldlijkheid
155 Z&T A-1 H-4 Het ‘men’
175 Z&T A-1 H-5 in-zijn
235 Z&T A-1 H-6 zorg als zijn van erzijn
295 Z&T Afdeling 2 er-zijn en tijdelijkheid
301 Z&T A-2 H-1 heel-zijn
339 Z&T A-2 H-2 kunnen-zijn
380 Z&T A-2 H-3 heel-kunnen-zijn
418 Z&T A-2 H-4 tijdelijkheid
465 Z&T A-2 H-5 geschiedmatigheid
504 Z&T A-2 H-6 intratemporaliteit
545 Z&T Nawoord
02 Boudry – 2019 – Waarom de wereld
Boudry – inhoudsopgave
Boudry – inleiding
Boudry 1 pessimisme
Boudry 2 Racisme
Boudry 3 ongelijkheid
Boudry 4 geluk
Boudry 5 Neoliberalisme
Boudry 6 Islam
Boudry 7 Klimaat
Boudry – epiloog
Boudry – verder lezen
03 Kopstukken :: Kierkegaard
04 Kopstukken :: Hegel
05 Hawking – grote vragen
06 Plato’s oplossing
1 – De democratische ideologie
2 – De rechtse aanval op de moraal
3 – Argumenten voor moraal en ideale staat
4 – Politieke en psychische degeneratie
5 – Verdediging
07 De populistische verleiding
1 Inleiding
2 De massa mens
3 Ideologisch populisme
4 Hedendaags populisme
5 Waardendestructie
6 Substantie verlies
7 Waardennihilisme
8 Epiloog
— Vragen populisme
08 Kopstukken :: Hobbes
09 De meeste mensen deugen
Sessie 1 – Proloog – De natuurstaat
Sessie 2 – Na Auschwitz – het goede
Sessie 3 – Nieuw realisme – de andere wang
10 Zo sprak Zarathoestra
11 01
/// Sartre
– 1943 – Het zijn & het niet
Inhoudsopgave
25 INLEIDING
27 I De idee fenomeen
31 II Het zijnsfenomeen
34 III Het prereflexieve cogito
42 IV Het zijn van het percipi
46 V Het ontologische bewijs
49 VI Het zijn op zich
057 DEEL 1 probleem v h niet
059 H 1 Oorsprong
59 I De vraag
63 II De ontkenningen
70 III dialectische opvatting
75 IV fenomenologie
81 V De oorsprong
109 H 2 kwade trouw
109 I Kwade trouw
118 II gedragswijzen
133 III trouwe “geloof”
139 DEEL 2 voor-zich-zijn
141 H 1 structuren
141 I tegenwoordigheid
148 II facticiteit voor-zich
154 III voor-zich : waarde
167 IV voor-zich : mogelijkheden
176 V cirkel v d zelfheid
179 H 2 tijdelijkheid
179 I tijdsdimensies
205 II Ontologie
227 III Reflectie
251 H 3 Transcendentie
253 I Kennis als betrekkingstype
262 II bepaling als ontkenning
269 III Hoedanigheid
289 IV tijd v d wereld
303 V De kennis
309 DEEL 3 Het voor-de-ander
311 H 1 de ander
311 I Het probleem
313 II solipsisme
325 III Husserl Hegel Heidegger
347 IV De blik
401 H 2 Het lichaam
405 I facticiteit
442 II lichaam-voor-de-ander
457 III derde dimensie
467 H 3 concrete relaties
471 I eerste houding liefde
488 II tweede houding haat
526 III Het “zijn-met”
547 DEEL 4 Hebben, doen en zijn
549 H 1 : Zijn en doen: vrijheid
549 I Vrijheid handelen
603 II Vrijheid en facticiteit
682 III Vrijheid verantwoordelijkheid
687 H 2 : Doen en hebben
687 I existentiële psychoanalyse
708 II Doen en hebben: het bezit
736 III Over de hoedanigheid
755 Conclusie
757 I Op-zich en voor-zich: metafysische schetsen
767 II Morele perspectieven
12 Grunberg – Vriend en vijand
14 Future Shock
15 Stoïcijnse levenskunst
16 De mensmachine
17 Charles Taylor
laatste wijziging: 30-04-2021
141 H 1 structuren
tweede deel : Het voor-zich-zijn
EERSTE HOOFDSTUK
I De onmiddellijke structuren van het voor-zich