Boudry 3 ongelijkheid

De obsessie met ongelijk rijker wordt (en de rijken nog meer)

• Dit hoofdstuk bespreekt de angst dat de maatschappelijke stabiliteit verwoest wordt door de groeiende economische ongelijkheid onze voorouders, maar de rijkdom is ongelijk van superrijken bezit de meeste rijkdom.
• Boudry beargumenteert dat dit probleem meer aandacht krijgt dan dat het verdient.
• Hij stelt dat de eerste misvatting over ongelijkheid komt door de schaal van ongelijkheid.
  • De gedachte is dat het westen steeds rijker wordt en de rest van de wereld steeds armer.
  • Dit is incorrect, want de hele wereld wordt rijker,  ook de ontwikkelingslanden.
  • Verder kan de ongelijkheid binnen een  land tegelijkertijd wel zijn toegenomen, zoals het Verenigd Koninkrijk.
  • Maar zelfs in landen ongelijkheid hoeft dit niet tot armoede te leiden :  iedereen profiteert van de verrijking.

Tot slot, ongelijkheid in kansen is onwenselijk samenleving. Maar ongelijkheid in inspanning welvaart, omdat het mensen motiveert nieuwe Dus enige mate van ongelijkheid kan zelfs wenselijk zijn.