Waarnemen prikkels ordenen werkelijkheid
"Door het waarnemen van prikkels ordenen we de werkelijkheid"
waarnemen |
prikkels |
ordenen |
werkelijkheid |
2 structuren:
|
– door middel van de zintuigen krijg ik verschillende prikkels binnen:
zien / horen / proeven et cetera |
|
|
Waarnemen
-
- Volgens Kant zijn er 2 verschillende structuren:
- De structuren van het denken
- De structuren van de waarneming.
- De structuren van de waarneming zijn ruimte en tijd.
- Zonder ruimte en tijd hebben we niet het vermogen om de werkelijkheid te begrijpen.
- Je kan de wereld ook niet bekijken zonder ruimte en tijd.
- Zonder ruimte zullen we nooit weten wat een ding, zoals een stoel is, terwijl we ‘ruimte’ nog nooit hebben gezien. Hetzelfde geldt voor tijd. We kunnen niet weten wat vakantie is, als we niet weten wat tijd is. Ook kunnen we ‘tijd’ niet waarnemen. Het zijn dus geen eigenschappen van de wereld, maar van ons verstand.
- Je kan dit vergelijken met een bril, waardoor je heen kijkt. Deze bril bepaalt hoe je naar de werkelijkheid kijkt.
- De structuren van het denken noemt Kant categorieën. Hiervan zijn er in totaal 12 volgens kant. Deze 12 kan je onderverdelen in categorieën van kwantiteit (bijvoorbeeld totaliteit, eenheid, veelheid) en categorieën van kwaliteit (bijvoorbeeld begrenzing en realiteit) en causaliteit. De causaliteit is de belangrijkste categorie, deze had hij van Hume overgenomen.
- De structuren van de waarneming zijn ruimte en tijd.
- Volgens Kant zijn er 2 verschillende structuren:
Prikkels
-
- Een mens krijgt met behulp van zijn zintuigen verschillende prikkels binnen.
- Deze prikkels zijn chaotisch en niet geordend
Ordenen
-
- De structuren van de waarneming en het denken zitten voorgeprogrammeerd in ons verstand.
- Wanneer iets niet binnen deze structuren valt, kunnen we het niet kennen. Hier zit dus de grens van onze kennis. We zullen nooit weten hoe de wereld er zonder deze ‘bril’ van structuren eruit ziet, hoe de wereld er ‘op zichzelf’ uitziet. Kant noemt dit het “Ding an sich” of de noumenale wereld.
- Het verschijnsel dat we zien door onze ‘bril’ heen is alleen het fenomeen, dus de fenomenale wereld.
- Dingen zoals God, en oneindigheid zullen we nooit kennen, het valt niet in onze structuren. We kunnen het wel geloven, maar niet bewijzen.
Werkelijkheid
In de Kritiek van de zuivere rede weet Kant de problemen van het rationalisme (een idealisme dat het bestaan van de werkelijkheid niet kan bewijzen) en het empirisme (een scepticisme dat geen enkele zekerheid kan funderen) op te lossen. De kennis van het verstand komt wel degelijk overeen met de werkelijkheid, maar dat komt omdat ons verstand zelf die werkelijkheid structureert. Tijd en ruimte, zo bedacht Kant, zijn geen absolute zaken in de wereld, maar “aanschouwingsvormen” van ons eigen verstand. Hetzelfde geldt voor oorzaak en gevolg.
Zich bewust van de radicale ommekeer van zijn filosofie spreekt Kant over de “copernicaanse wending”: zoals de zon niet om de aarde draait, zo weerspiegelt onze geest niet de wereld zoals die werkelijk is, maar slechts zoals die zich aan ons voordoet. Daarom noemt Kant zijn werken ook Kritiek: hij bakent af binnen welke grenzen kennis mogelijk is.