253 Aristoteles – logica
Socrates heeft een begin gemaakt met het denken in algemene begrippen. Plato heeft dit uitgebouwd tot een allesomvattend filosofisch systeem Aristoteles richt zich echter op het begrip en zijn functies in het menselijk denken, en is daardoor de grondlegger van de logica. Aristoteles ontdekte dat de veelheid van begrippen gereduceerd kan worden tot een aantal grondtypen, de zogenaamde categorieën (nog verder uitwerken)
Aristoteles wees er er al op dat het classificeren een gevaar in zich houdt. Begrippen kunnen (ongemerkt) verstarren of vervreemden van de werkelijkheid. veel mensen zijn zich niet bewust van het gegeven dat ze zijn opgegroeid in een wereld die voor hun volkomen logisch en reëel is. Maar het loont altijd nog de moeite om ook andere denkbeelden en werelden te onderzoeken. Bijvoorbeeld de westerse mens is een mens die opgroeit met christelijke normen en waarden. Dit in tegenstelling tot de oosterse mens waar begrippen als reïncarnatie centraal kunnen staan.
Bij Aristoteles zien we een eerste analyse van gewoon taalgebruik. We nemen een eenvoudige zin als voorbeeld: Aristoteles is een mens.
Aristoteles (onderwerp) is (classificatie) een mens (het object: een instantie)
- Het woord Aristoteles is een onderwerp dat kan worden verbonden met begrippen die aan een onderwerp zijn verbonden. (Aristoteles is een filosoof )
- Het woord mens zegt iets over de toestand van het object Aristoteles, hij duikt dit aan met het begrip instantie.
- Verder stelde Aristoteles regels op voor de vorming van begrippen: de soort van dingen kan men vaststellen in klassen die aan een hogere klasse toebehoren.
- Als voorbeeld: de mens behoort tot de klasse der levende wezens. Wat dit levende wezen van andere levende wezens onderscheid is het vermogen tot denken. De mens is dan volgens deze definitie: “een met een redelijke vermogens begaafd redelijk wezen”.
Het oordeel is een verbinding van begrippen die tot doel heeft iets over de werkelijkheid aan te duiden. Een oordeel moet waar zijn. Aristoteles heeft een essentieel verschil gemaakt tussen een wetenschappelijk oordeel en een alledaags oordeel. Een alledaags oordeel heeft betrekking op iets individueels. Een wetenschappelijk oordeel heeft altijd betrekking op iets algemeens. Deze simpele theorie over het oordeelssubject is de grondslag van wat we tegenwoordig wetenschap noemen. Hierbij kan opgemerkt worden dat ook bij Plato er al sprake was van wetenschap, omdat hij zich al bezig hield met algemene ideële vormen van ideeën
Het derde deel van de logica van Aristoteles behandelt de redenering: aangeduid met de term syllogisme. Een syllogisme is in de logica een redenering, die bestaat uit drie proposities:
- De proposities bevatten een minor term of subject, een major term of predicaat en een middenterm. In syllogismen komen vier soorten proposities voor:
- Universeel bevestigend
- Particulier bevestigend
- Universeel ontkennend
- Particulier ontkennend
Een bekend voorbeeld van een syllogisme is de volgende geldige redenering:
- Alle mensen zijn sterfelijk (majorpremisse)
- Socrates is een mens (minorpremisse)
- Socrates is sterfelijk (conclusie)