laatste wijziging: 20-03-2018

512 1638-1715 Malebranche

BRONNEN:

“Telkens als we denken iets te doen, doet God het in werkelijkheid voor ons”

Nicolas de Malebranche was een Frans filosoof, theoloog en de belangrijkste uitwerker van het cartesiaanse denken.  Zijn belangrijkste werk, “De la recherche de la verite”, beslaat een breed spectrum aan onderwerpen, maar Malebranche is vooral bekend om zijn theorie van het occasionalisme als oplossing voor het probleem van lichaam en geest van Descartes.

Het occasionalisme stelt dat de interactie tussen geest en lichaam niet mogelijk kan zijn zonder het direct ingrijpen van God. Bij elke geestelijke handeling zorgt God ervoor dat het lichaam op een goede manier handelt in overeenstemming met dat verlangen. Omgekeerd zorgt een verandering aan het lichaam ervoor dat God gewaarwordingen in de geest van die persoon aanbrengt. Het occasionalisme stelt dan ook dat het verband tussen bijvoorbeeld gewond raken en pijn voelen alleen door God veroorzaakt kan worden. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld wanneer iemand beslist zijn hand te bewegen en het gevolg dat iemands hand ook inderdaad beweegt

In het cartesiaanse denken zijn de geest (`res cogitans’) en het lichaam (`res extensa’) twee afzonderlijke en heel verschillende dingen. In de cartesiaanse ontologie zijn er maar drie soorten substantie: geest, materie en God.

Descartes hield vol dat de geest helemaal los staat van stoffelijke dingen. Dat leidt echter tot een probleem van causale interactie. We zijn ons ervan bewust dat er een interactie is tussen onze geest en ons lichaam.

Een voorbeeld: Als mijn lichaam beschadigd raakt, voel ik pijn; als ik de gedachte heb om mijn arm op te tillen, gaat mijn arm omhoog. Als Descartes gelijk had in zijn onderscheid tussen lichaam en geest, is het causale verband tussen de twee een mysterie. Hoe is het mogelijk dat een niet-fysiek ding, de geest, veranderingen kan veroorzaken in fysieke dingen?

De oplossing van Malebranche is gebaseerd op zijn theologische overtuigingen. Volgens Malebranche zijn individuele geesten slechts beperkingen van die ene universele geest die God is. Ze hebben geen enkele macht om wat dan ook in de fysieke wereld te veroorzaken. Maar ook fysieke objecten hebben niet de macht om bewegingen in andere fysieke objecten te veroorzaken, want een gebeurtenis veroorzaken is weten hoe die gebeurtenis voortgebracht moet worden.

En dus, zegt Malebranche, is God de enige causale macht. Om het optreden van causale interactie tussen geesten en lichamen te verklaren is het nuttig een analogie van Geulincx, een tijdgenoot van Malebranche, aan te halen.

De doctrine van het occasionalisme loste het probleem van de interactie tussen lichaam en geest voor cartesiaanse filosofen op (al is het onwaarschijnlijk dat Descartes de oplossing had geaccepteerd), maar was bij andere denkers niet populair. Er zijn echter geen alternatieve oplossingen bedacht en veel filosofen hebben geprobeerd het probleem te omzeilen door het dualisme van lichaam en geest te verwerpen.

Dat is, in principe, de oplossing van Spinoza en van de materialistische filosofen (die menen dat de geest hetzelfde is als de hersenen of een functie van de hersenen is en uit niets anders bestaat dan een specifieke schikking van materie, zie ook Ryle).

Sommige cartesianen die beseffen dat het occasionalisme van Malebranche onaanvaardbaar is en die met het scepticisme van Hume op het gebied van causaliteit in het algemeen worstelen, hebben geprobeerd het probleem op te schorten door te stellen dat causaliteit nog niet goed begrepen wordt en dat het probleem daardoor geen specifiek cartesiaans probleem is, maar een algemeen filosofisch probleem. Dat is misschien wel waar, maar het is onwaarschijnlijk dat een redelijk succesvolle theorie van causaliteit het cartesiaanse onderscheid tussen twee verschillende soorten substantie, geest en materie, zal ondersteunen.