laatste wijziging: 01-11-2017

540 1632-1677 Spinoza

Baruch (Beneditus) de Spinoza is voor de een een door God bezielde, oprechte, diepe filosoof, maar voor de ander daarentegen een goddeloos en duister pantheïst. (Het pantheïsme is een levensbeschouwing die ervan uitgaat dat alles (en iedereen) goddelijk is)

De uitdrukking ‘leer‘ past bij het werk van Spinoza, want het straalt verheldering en een verheven rust uit.
Het `Tractaat tot de verbetering van het verstand’ (1677), dat als een soort propedeuse van de ethiek te beschouwen is, dient als een methodische voorbereiding op zijn leer.

Het hoofdwerk ‘Ethica‘ (1677) is volgens een geometrische methode (zoals ook bij Euclides) opgebouwd:
• Ieder hoofdstuk bestaat uit definities, axioma’s, leerstellingen met bewijzen, gevolgtrekkingen, aanmerkingen en postulaten
• De wiskundige ordening dient niet de uiterlijke vorm. Ze brengt tot uitdrukking dat ook in de filosofie, zoals in de wiskunde, uit hoogste principes alle overige stellingen deduceerbaar zijn.
• Spinoza gaat ervan uit dat deze vorm van presentatie aan hogere waarheidsnormen beantwoordt (Ian de gewone betoogtrant: de menselijke vraag naar het doel wordt tussen haakjes genet. Want niets heeft meer tot de bezetenheid van de mens bijgedragen als zijn doelgericht denken: alles in de natuur moet als een middel tot nut van de mens worden beschouwd.

Tot de gelegenheidswerken van SPINOZA behoort het `Theologisch-politiek traktaat‘ (1670).

Spinoza’s filosofie belichaamt als geen ander het belang van de eenheid tussen praktijk en theorie, d.w.z. de onvoorwaardelijke waarachtigheid van de levenswijze gaat bij hem hand in hand met de zuiverheid van zijn wijsgerig gedachtegoed.

Baruch Spinoza was een Nederlands filosoof, wiskundige, politiek denker en lenzenslijper uit de vroege Verlichting van Sefardisch-Joodse afkomst.