531 1637 Descartes: Vertoog over de methode
De essentie van zijn methode legt Descartes neer in zijn boek “ Verhandeling over de methode”. Descartes stelt hierin het volgende:
- Alle vooroordelen moeten vermeden worden
- Datgene wat zich helder en duidelijk laat kennen is slechts als waar te erkennen
- Probleemstellingen moeten zoveel mogelijk in delen worden opgesplitst
- Van de meest eenvoudige objecten moeten we steeds meer opstijgen naar meer gecompliceerde objecten
- We moeten door opsomming opnieuw zicht krijgen op het geheel van het systeem
Deze aan de wiskunde ontleende methoden moet vervolgens aangewend worden om de objecten in de werkelijkheid te onderzoeken. Hierbij is het doel om te komen tot ” eenvoudige naturen”, de analytische methode.
Op basis van deze kennis kunnen dan vervolgens logische uitspraken afgeleid worden.
De eerste, ironische zin van het eerste deel luidt in vertaling: “Het gezond verstand is van alle dingen op de wereld het gelijkmatigst verdeeld. Want iedereen vindt dat hij er zo goed van voorzien is, dat zelfs degenen die in iedere andere kwestie het moeilijkst tevreden te stellen zijn er nooit meer van willen dan ze er al van hebben.”