laatste wijziging: 01-11-2017

836h Zorg van het zelf

Zorg van het zelf

In zijn laatste fase verandert Foucault. In plaats van te focussen op de moderne verhouding tot seksualiteit en homoseksualiteit, gaat hij terug in de tijd. In de laatste maanden van zijn leven verschijnen twee delen: L’usage des plaisirs en Le souci de soi. Een vierde deel, Les aveux de la chair, was bijna klaar toen Foucault stierf.

Omdat Foucault eiste dat er geen postume werken van hem zouden verschijnen, blijft dit ongepubliceerd. In deze werken zoekt Foucault naar waarheids- en machtspraktijken (assujetissement). Hij focust op de oude Grieken en de technieken die het individu in staat stellen zich te subjectiveren. Door praktijken zoals ascese, het dagboekschrijven, de matigheid en de ataraxia bouwden de Grieken een levensstijl uit. Vaak was de rol van een mentor of leraar cruciaal, die toonde de weg. Bij de vroege christenen zijn er gerelateerde praktijken. Bij hen is er zelfonderzoek aanwezig, maar radicaler en anders qua karakter. Eerder dan de objecten waarnaar men verlangt, worden de verlangens zelf onderzocht. Elk idee wordt bekeken en de bron ervan beoordeeld: ofwel komt hij van het goede, God, of van de Duivel. Dit leidt tot een ‘hermeneutiek van het zelf’. Ook radicaliseert de relatie leerling-leraar in de biecht. Het resultaat is een ‘pastorale macht’, waarin een herder voor zijn kudde en elk apart schaap zorgt.[11]

 

In zijn laatste colleges focuste Foucault op de cynici, een Griekse filosofische school, die een vorm van radicale zelfascese predikt. Vaak ontzeggen ze zich luxe, leven ze op straat en lappen ze de zeden aan hun laars. Een begrip is Parrèsia: het vrijmoedig spreken en de waarheid zeggen. Het draait om een handeling, gelijkend op een taalhandeling, waarbij iemand, verzekerd door een levenswandel en achtergrond, gerechtigd is de waarheid over een ander te spreken, al is die hard. Vaak impliceert dit een risico: wie de waarheid tegenover een tiran of heerser spreekt, riskeert het leven.